Hoe werkt zonne-energie?
Voor het opwekken van zonne-energie zijn een aantal dingen nodig. Allereerst natuurlijk zonlicht. Dat zonlicht valt op de zonnepanelen waar het wordt omgezet in gelijkstroom. In Nederland wordt het beste rendement behaald als de zonnepanelen zijn gericht op het zuiden in een hoek van 20 tot 55 graden. Ligt uw dak op het oosten of het westen dan is het rendement wat lager (+/- 15% dit is afhankelijk van uw dakhelling). Ligt u dak gericht naar het noorden dan is het in Nederland niet interessant om zonnepanelen te plaatsen.
Vanaf de panelen lopen zonbestendige kabels naar de omvormer. De omvormer zet de opgewekte gelijkstroom om in een perfecte wisselspanning die geschikt is voor al uw huishoudelijke apparaten. De omvormer wordt zo dicht mogelijk bij de zonnepanelen in een woonhuis – bij voorkeur op zolder – geplaatst. Deze omvormer wordt direct aangesloten op een separate eindgroep in uw meterkast of via een speciale verdeelkast (ZV16) die geplaatst kan worden tussen de wasmachine- of drogeraansluiting in uw woonhuis.
Groene stroom
Zodra er licht valt op de zonnepanelen, ontstaat er een gelijkstrooom van de zonnepanelen naar de omvormer. De omvormer zet deze gelijkstroom om naar een wisselspanning zoals die thuis word gebruikt. Deze opgewekte groene stroom gaat via de meterkast naar uw verbruikers in huis zoals de verlichting, tv en wasmachine. Zodra u meer stroom opwekt dan u verbruikt gaat deze energie automatische het net op. Uw buurman gebruikt dan uw groene stroom. Overdag wekt u het meeste op en zult u dus ook energie op het net plaatsen. ‘s Avonds haalt u deze energie weer uit het energienet. Met behulp van een slimme meter kunt u zien hoeveel energie u uit het net haalt en hoeveel u terug levert.